10 taboes bij het installeren van kleppen

Taboe 1

Waterdruktests moeten worden uitgevoerd in ijskoude omstandigheden tijdens de winterbouw.
Gevolgen: Doordat de leiding tijdens de hydrostatische test snel bevroor, raakte deze beschadigd.
Maatregelen: Probeer de waterdruk te testen voordat u het apparaat in de winter gebruikt en draai het water na de test dicht, vooral het water in deventiel, die schoongemaakt moet worden, anders kan het roesten of, erger nog, scheuren. Bij het uitvoeren van de hydraulische test in de winter moet het project een comfortabele binnentemperatuur handhaven en het water na de druktest wegblazen.

Taboe 2

Het leidingsysteem moet worden doorgespoeld, maar dit is geen groot probleem omdat de stroming en snelheid niet aan de normen voldoen. Zelfs doorspoelen wordt vervangen door een lozing voor een hydraulische sterktetest. Gevolgen: Omdat de waterkwaliteit niet voldoet aan de operationele normen van het leidingsysteem, worden leidingdelen vaak kleiner of raken ze verstopt. Gebruik de maximale hoeveelheid sap die door het systeem kan stromen of minimaal 3 m/s waterstroom voor het spoelen. Om de afvoer in aanmerking te laten komen, moeten de kleur en helderheid van het water overeenkomen met die van het inlaatwater.

Taboe 3

Zonder een gesloten watertest worden riool-, regenwater- en condensaatleidingen verborgen. Gevolgen: Dit kan leiden tot waterlekken en gebruikersverlies. Maatregelen: De gesloten watertest moet strikt volgens de richtlijnen worden gecontroleerd en goedgekeurd. Het is essentieel om te garanderen dat alle ondergrondse installaties, in het plafond, tussen de leidingen en andere verborgen installaties – inclusief die welke riool-, regenwater- en condensaatleidingen afvoeren – lekvrij zijn.

Taboe 4

Tijdens de hydraulische sterktetest en de dichtheidstest van het leidingsysteem worden alleen de druk- en waterstandschommelingen opgemerkt; een lekkage-inspectie is onvoldoende. Lekkages die ontstaan nadat het leidingsysteem in gebruik is genomen, hinderen het normale gebruik. Maatregelen: Wanneer het leidingsysteem wordt getest volgens de ontwerpspecificaties en bouwvoorschriften, is het met name belangrijk om grondig te controleren of er lekkages zijn, naast het registreren van de druk- en waterstandveranderingen binnen de gestelde termijn.
Taboe 5

Gewone klepflenzen worden gebruikt metvlinderkleppenDe grootte van devlinderklepDe flens verschilt daardoor van die van de standaard klepflens. Sommige flenzen hebben een kleine binnendiameter, terwijl de klep van de vlinderklep een grote binnendiameter heeft. Dit kan ertoe leiden dat de klep niet goed functioneert of hard opengaat en schade veroorzaakt. Maatregelen: Hanteer de flens in overeenstemming met de werkelijke flensmaat van de vlinderklep.

Taboe 6

Tijdens de bouw van de bouwconstructie waren er geen ingebedde delen gereserveerd, of de ingebedde delen waren niet aangewezen en de gereserveerde gaten waren te klein. Gevolgen: Het beitelen van de bouwconstructie of zelfs het afhakken van de gespannen stalen staven heeft invloed op de veiligheidsprestaties van het gebouw tijdens de installatie van verwarmings- en sanitaire voorzieningen. Maatregelen: Bestudeer de bouwtekeningen van het verwarmings- en sanitaire project zorgvuldig en neem actief deel aan de bouw van de bouwconstructie door gaten en ingebedde componenten te reserveren voor de installatie van leidingen, steunen en hangers. Raadpleeg hiervoor specifiek de bouwspecificaties en ontwerpspecificaties.

Taboe 7

Wanneer de buis gelast is, is de uitlijning niet gecentreerd, is er geen ruimte over bij de uitlijning, is de groef niet uitgehold voor de dikwandige buis en voldoen de breedte en hoogte van de las niet aan de constructiespecificaties. Gevolgen: Omdat de buis niet gecentreerd is, zal het lasproces minder effectief zijn en er minder professioneel uitzien. Wanneer de breedte en hoogte van de las niet aan de specificaties voldoen, is er geen ruimte tussen de tegenstukken, is de dikwandige buis niet uitgehold en voldoet het lassen niet aan de sterkte-eisen.
Maatregelen: Groef dikwandige buizen, laat openingen vrij bij de verbindingen en plaats de buizen zo dat ze na het lassen op een hartlijn liggen. Daarnaast moeten de breedte en hoogte van de lasnaad worden gelast volgens de richtlijnen.

Taboe 8

De pijpleiding is direct boven permafrost en onbehandelde losse grond ingegraven, en er zijn zelfs droge bakstenen gebruikt. De steunpijlers voor de pijpleiding zijn ook niet goed geplaatst en verdeeld. Gevolgen: Door de wankele ondersteuning is de pijpleiding beschadigd geraakt tijdens de grondverdichting van de ophoging, waardoor herbewerking en reparatie noodzakelijk waren. Maatregelen: Onbehandelde losse grond en bevroren grond zijn geen geschikte plaatsen om pijpleidingen in te graven. De afstand tussen de steunberen moet voldoen aan de bouwvoorschriften. Voor volledigheid en stabiliteit dient cementmortel te worden gebruikt voor de constructie van steunberen van baksteen.

Taboe 9

De buissteun wordt bevestigd met expansiebouten, maar de dikte van de bouten is onvoldoende, de gaten zijn te groot of ze worden op bakstenen muren of zelfs lichte muren gemonteerd. Gevolgen: de buis is vervormd of valt er zelfs af, en de buissteun is zwak. Expansiebouten moeten van betrouwbare materialen zijn en er moeten mogelijk monsters worden onderzocht voor inspectie. De diameter van het gat waarin de expansiebouten worden geplaatst, mag niet 2 mm groter zijn dan de buitendiameter van de expansiebouten. Bij betonnen gebouwen moeten expansiebouten worden gebruikt.

Taboe 10

De verbindingsbouten zijn te kort of hebben een te kleine diameter, en de flenzen en pakkingen die gebruikt worden om de leidingen te verbinden zijn niet stevig genoeg. Voor verwarmingsleidingen worden rubberen pads gebruikt, voor koudwaterleidingen dubbellaagse pads of schuine pads, en flenspads steken uit de leiding. Gevolgen: Lekkage ontstaat doordat de flensverbinding los of zelfs beschadigd is. De flenspakking steekt uit in de leiding, waardoor de waterstroom wordt bemoeilijkt. Maatregelen: De flenzen en pakkingen van de leiding moeten voldoen aan de specificaties van de ontwerpwerkdruk van de leiding. Voor flenspakkingen op verwarmings- en warmwaterleidingen moeten rubberen asbestpakkingen worden gebruikt; voor flenspakkingen op watertoevoer- en afvoerleidingen moeten rubberen pakkingen worden gebruikt. Geen enkel deel van de flenspakking mag in de leiding uitsteken en de buitenrand moet het boutgat van de flens raken. Het midden van de flens mag geen afgeschuinde pads of meerdere pads hebben. De bout waarmee de flens is verbonden, moet een diameter hebben die minder dan 2 mm groter is dan het gat in de flens. De lengte van de uitstekende moer op de boutstang moet gelijk zijn aan de helft van de dikte van de moer.


Plaatsingstijd: 27-04-2023

Sollicitatie

Ondergrondse pijpleiding

Ondergrondse pijpleiding

irrigatiesysteem

irrigatiesysteem

Watervoorzieningssysteem

Watervoorzieningssysteem

Apparatuur benodigdheden

Apparatuur benodigdheden