Kraanwater(ook wel kraanwater, leidingwater of gemeentewater genoemd) is water dat wordt aangevoerd via kranen en drinkfonteinkranen. Kraanwater wordt meestal gebruikt om te drinken, koken, wassen en toiletten door te spoelen. Kraanwater binnenshuis wordt gedistribueerd via “binnenleidingen”. Dit type pijp bestaat al sinds de oudheid, maar werd pas in de tweede helft van de 19e eeuw aan een handjevol mensen verstrekt, toen het populair begon te worden in de huidige ontwikkelde landen. Kraanwater werd in de 20e eeuw in veel regio’s gebruikelijk en ontbreekt nu vooral onder de armen, vooral in de ontwikkelingslanden.
In veel landen wordt kraanwater meestal gerelateerd aan drinkwater. Overheidsinstanties houden doorgaans toezicht op de kwaliteit vankraanwater. Huishoudelijke waterzuiveringsmethoden, zoals waterfilters, koken of destillatie, kunnen worden gebruikt om de microbiële verontreiniging van kraanwater te behandelen en de drinkbaarheid ervan te verbeteren. De toepassing van technologieën (zoals waterzuiveringsinstallaties) die huizen, bedrijven en openbare gebouwen van schoon water voorzien, is een belangrijk deelgebied van de sanitaire techniek. Door de watervoorziening ‘kraanwater’ te noemen, onderscheidt het zich van andere belangrijke zoetwatersoorten die mogelijk beschikbaar zijn; deze omvatten water uit opvangvijvers voor regenwater, water uit dorps- of stadspompen, water uit putten of beken, rivieren of meren (de drinkbaarheid kan variëren).
achtergrond
Het leveren van leidingwater aan de bevolking van grote steden of voorsteden vereist een complex en goed ontworpen opvang-, opslag-, verwerkings- en distributiesysteem, en is doorgaans de verantwoordelijkheid van overheidsinstanties.
Historisch gezien wordt openbaar beschikbaar behandeld water in verband gebracht met een aanzienlijke toename van de levensverwachting en verbetering van de volksgezondheid. Waterdesinfectie kan het risico op door water overgedragen ziekten zoals buiktyfus en cholera aanzienlijk verminderen. Over de hele wereld is er grote behoefte aan desinfectie van drinkwater. Chlorering is momenteel de meest gebruikte methode voor waterdesinfectie, hoewel chloorverbindingen kunnen reageren met stoffen in het water en desinfectiebijproducten (DBP) kunnen produceren die problemen voor de menselijke gezondheid veroorzaken. De lokale geologische omstandigheden die het grondwater beïnvloeden, zijn de beslissende factoren voor de aanwezigheid van verschillende metaalionen, die het water meestal “zacht” of “hard” maken.
Kraanwater is nog steeds kwetsbaar voor biologische of chemische vervuiling. Watervervuiling is wereldwijd nog steeds een ernstig gezondheidsprobleem. Ziekten veroorzaakt door het drinken van verontreinigd water doden jaarlijks 1,6 miljoen kinderen. Als vervuiling als schadelijk voor de volksgezondheid wordt beschouwd, geven overheidsfunctionarissen doorgaans aanbevelingen over het waterverbruik. In het geval van biologische besmetting wordt doorgaans aanbevolen dat bewoners water koken of als alternatief flessenwater gebruiken voordat ze drinken. In het geval van chemische vervuiling kunnen bewoners worden geadviseerd om het drinken van kraanwater volledig te vermijden totdat het probleem is opgelost.
In veel gebieden worden opzettelijk lage concentraties fluoride (< 1,0 ppm F) aan leidingwater toegevoegd om de tandgezondheid te verbeteren, hoewel ‘fluoridering’ in sommige gemeenschappen nog steeds een controversieel onderwerp is. (Zie de controverse over waterfluorering). Het langdurig drinken van water met een hoge fluorideconcentratie (> 1,5 ppm F) kan echter ernstige nadelige gevolgen hebben, zoals fluorose in de tanden, tandplak en fluorose in het skelet, en botmisvormingen bij kinderen. De ernst van fluorose hangt af van het fluoridegehalte in het water, evenals van het dieet en de fysieke activiteit van mensen. Methoden voor het verwijderen van fluoriden omvatten membraangebaseerde methoden, precipitatie, absorptie en elektrocoagulatie.
Regelgeving en naleving
Amerika
De Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) reguleert de toegestane niveaus van bepaalde verontreinigende stoffen in openbare watervoorzieningssystemen. Kraanwater kan ook veel verontreinigende stoffen bevatten die niet door EPA worden gereguleerd, maar die schadelijk kunnen zijn voor de menselijke gezondheid. Gemeenschappelijke watersystemen – die het hele jaar door dezelfde groep mensen bedienen – moeten klanten jaarlijks een ‘consumentenvertrouwenrapport’ bieden. Het rapport identificeert de verontreinigende stoffen (indien aanwezig) in het watersysteem en legt de mogelijke gevolgen voor de gezondheid uit. Na de Flint Lead Crisis (2014) besteedden onderzoekers speciale aandacht aan het onderzoek naar trends in de drinkwaterkwaliteit in de Verenigde Staten. Er zijn onveilige hoeveelheden lood aangetroffen in leidingwater in verschillende steden, zoals Sebring, Ohio in augustus 2015 en Washington, DC in 2001. Meerdere onderzoeken hebben aangetoond dat gemiddeld ongeveer 7-8% van de gemeenschapswatersystemen (CWS) elk jaar de gezondheidskwesties van de Safe Drinking Water Act (SDWA) schenden. Vanwege de aanwezigheid van verontreinigende stoffen in drinkwater zijn er in de Verenigde Staten elk jaar ongeveer 16 miljoen gevallen van acute gastro-enteritis.
Alvorens het watertoevoersysteem aan te leggen of aan te passen, moeten ontwerpers en aannemers de plaatselijke loodgietersvoorschriften raadplegen en vóór de bouw bouwvergunningen verkrijgen. Voor het vervangen van een bestaande boiler kan een vergunning en een werkkeuring nodig zijn. De nationale norm van de US Drinking Water Pipeline Guide is een materiaal dat is gecertificeerd door NSF/ANSI 61. NSF/ANSI heeft ook normen opgesteld voor de certificering van meerdere blikjes, hoewel de Food and Drug Administration (FDA) deze materialen heeft goedgekeurd.
Posttijd: 06-jan-2022